Home Blog Pagina 96

Patiënt krijgt digitale regie met reuma-keten

0

Reumazorg Zuidwest Nederland geeft de patiënt met de invoering van een complete Persoonlijke Gezondheidsomgeving (PGO) meer regie over zijn of haar behandeling. Deze digitale gezondheidsomgeving moet maatwerk en samenwerking binnen de gehele reumaketen makkelijker maken.

 

Anders dan een patiëntenportaal, dat alleen door de betrokken zorgaanbieder geleverde informatie bevat, biedt een PGO een compleet dossier waarin alle zorgverleners, van ziekenhuizen, behandelcentra, huisarts, paramedici tot apotheken, informatie kunnen delen met de patiënt en elkaar. Behalve medische modules bevat de PGO ook sociale modules. Door de combinatie van al deze informatie kan de patiënt ook in zijn dagelijks leven begeleid worden.

Behalve als verzamelplaats voor patiëntinformatie ziet Reumazorg Zuidwest Nederland (RZWN)  de nieuwe PGO als een kwaliteitsinstrument dat de ervaringen van de patiënt kan meten en vastleggen. Daarnaast biedt het ondersteuning voor reguliere spreekuren doordat de patiënt én de zorgverlener zich via de PGO beter kunnen voorbereiden.

Als uitgangspunt heeft RZWN gekozen voor Patient Knows Best (PKB). Het van oorsprong Britse PKB profileert zich als ’s werelds eerste patiënt-gestuurde elektronische medische dossier. PKB wordt ook wel beschreven als een medische variant van Facebook.

Bron: Skipr.

Thermogram kan helpen bij preventie ontsteking diabetische voet

0

Het maken van een thermogram, een temperatuuropname van de voet, kan helpen bij de preventie van ontstekingen bij een diabetische voet. Als het thermogram een asymmetrisch beeld geeft kan dat wijzen op een verstoorde doorbloeding van de voet. Dat blijkt uit Mexicaans onderzoek.

 

In het onderzoek werden 186 thermogrammen van de onderkant van de voeten van patiënten met diabetes vergeleken. De thermogrammen werden gebruikt om de bloeddoorstroming en de warmteregulering in kaart te brengen. Als er op het thermogram een asymmetrische warmteverdeling te zien is, kan dat wijzen op een probleem met de (bloed)vaten. Het is dan van belang verder onderzoek te doen naar eventuele beginnende ontstekingen.

Volgens de onderzoekers kan het gebruik van thermogrammen een ondersteunende rol spelen bij het voorkomen van ontstekingen.

Bron: Journal Diabetic Foot and Ankle

Nieuwe behandeling slaapproblemen oncologische patiënten

0

Rijndam Revalidatie biedt sinds kort een behandeling van slaapproblemen aan voor oncologische patiënten. De behandeling bestaat uit verschillende onderdelen: voorlichting, energieverdeling, gezond bewegingspatroon, ontspanningstherapie en cognitieve gedragstherapie.

 

Ruim een derde van de oncologische revalidatiepatiënten heeft te kampen met slaapproblemen, die weer kunnen leiden tot vermoeidheid, stemmingsstoornissen, verminderde concentratie en vergeetachtigheid. In het Albert Schweitzer ziekenhuis in Dordrecht krijgen revaliderende oncologiepatiënten ondersteuning bij slaapproblemen. Een psycholoog beoordeelt na een intakegesprek of de patiënt baat kan hebben bij de groepsbehandeling. De groep, bestaande uit zes oncologische patiënten, wordt intensief begeleid door een ergotherapeut, haptotherapeut en psycholoog.

Tijdens de groepsbehandeling wordt voorlichting gegeven, aandacht besteed aan energieverdeling en een gezond bewegingspatroon en ontspannings- en cognitieve gedragstherapie gegeven. De groepsbehandeling is een module binnen het oncologisch revalidatieprogramma van Rijndam.

Bron: Rijndam Revalidatie

Eerste oncologische patiënten met nauwkeurige bestraling behandeld

0

Na jaren van voorbereiding is op 22 januari de behandeling van de eerste patiënten met protonentherapie gestart in het UMCG. De nieuwe bestralingsbehandelingen voor patiënten met kanker zijn uitstekend verlopen. Het UMCG protonentherapiecentrum is het eerste centrum dat deze therapie in Nederland aanbiedt.

Protonentherapie

Op het UMCG-terrein is in de afgelopen drie jaar gebouwd aan een indrukwekkend centrum met metersdikke betonnen wanden, vloeren en dak, een deeltjesversneller van 220 ton en de modernste bestralingsapparatuur. Inmiddels zijn er tientallen laboranten en klinisch fysici aangesteld en opgeleid, landelijke indicatieprotocollen ontwikkeld en is er uitgebreid geoefend in een virtueel protonencentrum om zo goed mogelijk voorbereid te zijn op de zorgvuldige behandeling van patiënten.

Niet voor iedereen

Met protonentherapie kan de dosis straling heel nauwkeurig worden toegediend aan een tumor, waardoor er minder straling komt in de omliggende gezonde weefsels en de kans op bijwerkingen afneemt. De therapie biedt vooral meerwaarde voor kinderen met kanker en patiënten met schedelbasistumoren en oogtumoren, maar ook andere patiënten met kanker kunnen er baat bij hebben, zoals patiënten met tumoren in het hoofdhalsgebied. Een arts bepaalt op basis van landelijke indicatieprotocollen of een protonenbehandeling voor een patiënt meerwaarde biedt boven de huidige bestralingsbehandeling met fotonen. Naar verwachting komt ongeveer 5-10% procent van de circa 60.000 patiënten die per jaar in Nederland bestraald worden, in aanmerking voor de nieuwe therapie.

Verwijzing patiënten

Voor de verwijzing van patiënten werkt het UMCG nauw samen met andere radiotherapie-instellingen in de regio. Als enig centrum in Nederland gaat het kinderen behandelen met protonentherapie. Hiervoor wordt intensief samengewerkt met Prinses Máxima Centrum in Utrecht. Het aantal patiënten dat het UMCG gaat behandelen met protonentherapie zal gefaseerd toenemen tot 600 per jaar. Het protonentherapiecentrum is onderdeel van het UMC Groningen Cancer Center, waar oncologiepatiënten op één plek alle beschikbare behandelingen wordt geboden.

Onderzoek naar protonen

Protonentherapie is een voorbeeld van de ontwikkeling van innovatieve diagnostiek en behandelingen in het UMCG en een van de pijlers van wetenschappelijk onderzoek. In het UMCG werd vorig jaar de eerste hoogleraar met de leerstoel protonentherapie in Nederland, Stefan Both, aangesteld.

Samen met MAASTRO Clinic, HollandPTC, andere universitair medische centra, het NKI/Antonie van Leeuwenhoek en het Prinses Máxima Centrum gaat het UMCG een infrastructuur ontwikkelen voor onderzoek naar de effectiviteit en meerwaarde van protonentherapie. De centra gaan een gezamenlijke database opzetten waarin de klinische uitkomsten worden opgenomen van alle patiënten die in Nederland met protonentherapie worden behandeld.

Bron: UMCG

Medici pleiten voor betere organisatie van de diabetische voetzorg

0

Naar schatting krijgen ieder jaar 2500 mensen met diabetes een amputatie van tenen, voeten of onderbenen. Dat zijn minimaal 25.000 amputaties in de komende 10 jaar. Deze amputaties zouden bij een groot deel van de patiënten voorkomen kunnen worden door betere organisatie van de voetzorg. Dat stellen professor dr. Jim Reekers, professor Nic Schapers en dr. Hans van Overhagen.

Multidisciplinair voetenteam
Professor dr. Jim Reekers (AMC),  dr. Hans van Overhagen (HagaZiekenhuis) en prof. dr. Nic Schaper (MUMC) benadrukken het belang van behandeling door een multidisciplinair voetenteam in een ziekenhuis, dat over alle noodzakelijke faciliteiten, specialismen en expertise beschikt, om amputaties te voorkomen. Ze willen bovendien graag naar een standaardprotocol dat een diabetespatiënt, die op het spreekuur in de huisartsenpraktijk komt met een wondje aan voet of been, onmiddellijk wordt doorgestuurd voor een eenmalig vaatonderzoek. Nu is dat nog geen standaard.  Sneller ingrijpen kan jaarlijks 1000 amputaties voorkomen denken de artsen.

Vaatproblemen uitsluiten
“Het duurt helaas voor veel van deze patiënten te lang voordat zij bij een gespecialiseerd voetenteam terecht komen”, aldus prof. dr. Reekers. “Zo’n team kan de ernst van de voetwond, in combinatie met de vaatproblemen, op waarde schatten. Bij iedere diabetespatiënt met een voetwond moet altijd eenmaal worden uitgesloten dat er  onderliggende vaatproblemen aanwezig zijn. Een simpel vaatonderzoek is hiervoor voldoende. Als patiënten te lang moeten wachten, heeft dat ernstige gevolgen. Ik ben ervan overtuigd dat er honderden amputaties voorkomen kunnen worden. En een amputatie is dramatisch voor je kwaliteit van leven.”

Te lang wachten
Diabetesvereniging Nederland is geschrokken van deze aantallen. Ook zij zien als oorzaak dat huisartsen en praktijkondersteuners patiënten te laat doorsturen. “Ten tweede moeten mensen met een doorverwijzing te lang wachten tot ze bij het ziekenhuis terecht kunnen”, aldus Olof King, directeur van de Diabetesvereniging. “Een klein wondje kan snel uitgroeien tot een onoplosbaar probleem.”

Wat moet beter
Diabetesvereniging Nederland verwacht een heldere analyse van het probleem en wil op basis daarvan met betrokken beroepsgroepen bespreken wat er beter moet. “Wij hebben daar zeker ideeën over”, zegt directeur King. “Zoals meer in diabetes gespecialiseerde huisartsen en snellere behandeling van mensen die worden doorverwezen naar het ziekenhuis.” Ook centralisatie van de specialistische zorg voor mensen met diabetes en vaatproblemen kan amputaties voorkomen. In veel Europese landen is dat al zo georganiseerd.

Regionale verschillen
Preventie van voetproblemen krijgt niet altijd voldoende aandacht: er zijn grote regionale verschillen. Als de podotherapeut deel uitmaakt van de regionale zorg lijkt de voetzorg beter op orde, maar dat is niet overal geregeld. Dihag, de expertgroep van diabeteshuisartsen, stelt dat er verbetering gaande is door de inzet van kaderhuisartsen, maar erkent dat het op veel plaatsen veel beter kan. Diabetesvereniging Nederland wijst erop dat mensen met diabetes in de eerste lijn voornamelijk de praktijkondersteuner (poh) zien. Scholing van de poh vindt zij dus minstens zo belangrijk.

Bron: Diabetesvereniging Nederland

 

Betere diabetische voetzorg in Zuidwest-Engeland leidt binnen 2 jaar tot daling aantal amputaties

0

De introductie van een meer effectieve diabetische voetzorg heeft in Zuidwest-Engeland binnen 2 jaar geresulteerd in een significante vermindering van de het aantal amputaties. Dat blijkt uit onderzoek dat recent is gepubliceerd in Diabetic Medicine.

Oorzaken van amputaties

Gedurende 10 jaar werd het aantal amputaties in Zuidwest-Engeland bijgehouden. In 2005 en 2006 werd onderzoek gedaan naar de oorzaken van amputaties bij diabetespatiënten. Hieruit bleek dat de belangrijkste oorzaken bestonden uit: gebrek aan besef van risico bij patiënten, vertraging in de verwijzing naar de podotherapeut, het gebrek aan een duidelijk hulpverleningstraject, vertraagde verwijzing naar een multidisciplinair team en een gebrek aan administratieve ondersteuning van de hulpverleners. Vanaf 2007 werden deze zaken stap voor stap verbeterd, maar dat ging niet overal even snel.

2 jaar durend onderzoek

In 2013 werd in 14 zorgregio’s, de diabetesvoetzorg beoordeeld door een panel van 2 diabetologen, 2 podotherapeuten en een kwaliteitsmanager van de NHS (National Health Service) op een schaal van 10 punten. Hierop werden verbetersuggesties gedaan en werd in 2015 deze beoordeling herhaald. De beoordeling op de 10-punts schaal werd vergeleken met het aantal amputaties. Dit werd gedaan over 3 verschillende periodes: voor de eerste beoordeling (2009-2012), tussen de kwaliteitsbeoordelingen (2012-2015) en na de kwaliteitsbeoordeling 2015.

Resultaten

In alle 3 de periodes is een duidelijke en statistisch zeer significante inverse correlatie te zien tussen de kwaliteitsbeoordeling en het aantal amputaties in deze periode. Dit wil dus zeggen dat hoe hoger de score op de kwaliteitsbeoordeling is hoe lager het aantal amputaties. Een mooi bewijs dat goede zorg voor de diabetische voet loont.

C.B. Paisey et al. / Diabet. Med. 35, 53-62 (2018)

 

Hardlopen leidt tot hardere nagelconsistentie

0

Hardlopers hebben over het algemeen een hardere nagelconsistentie dan mensen die niet aan sport doen. En jonge mannelijke hardlopers hebben vaker last van ingroeiende teennagels dan vrouwen die niet aan sport doen. Dat blijkt uit een studie gepubliceerd in Journal of the American Podiatric Medical Association.

Spaanse onderzoekers hebben onderzoek gedaan naar de mogelijke invloed van factoren zoals de vorm en consistentie van de nagels, het geslacht en de sportactiviteit op de ontwikkeling van de meest voorkomende nagelaandoeningen bij  jonge mensen.

Onderzoek

Hiervoor onderzochten ze 140 jongeren met een gemiddelde leeftijd van 21 jaar. Daarvan deden 72  deelnemers meer dan 10 uur per week aan hardlopen en liepen zij regelmatig wedstrijden. 68 deelnemers deden niet regelmatig aan sport. Bij alle deelnemers werd de algemene gezondheid en sportieve activiteit uitgevraagd en werd er gevraagd naar klachten met betrekking tot de nagels. Vervolgens  noteerden de onderzoekers de vorm van de nagels. Omdat de manier waarop mensen hun nagels knippen de vorm van de nagels kan beïnvloeden, vroegen de onderzoekers aan de deelnemers hoe ze hun nagels knipten. Daarnaast werd ook nog de hardheid van de nagels bepaald, waarbij een nagel geclassificeerd werd als hard, medium of zacht. Ook noteerden de onderzoekers geobserveerde nagelafwijkingen. Vervolgens werd er gekeken of er statistisch relaties aangetoond konden worden tussen deze verschillende factoren.

Resultaat

Er bleek geen relatie tussen geslacht en de vorm van de nagel. Er bleek ook geen relatie te zijn tussen wel of niet hardlopen en de vorm van de nagel. De deelnemers die veel aan sport deden hadden wel vaker hardere nagels, terwijl de mensen die niet aan sport deden vaker medium harde tot zachte nagels hadden. Dit zou kunnen komen doordat de nagel tijdens het sporten steeds vervormd wordt, waardoor deze in reactie daarop steviger wordt. De relatie tussen ingroeiende teennagels, geslacht en sportieve activiteit, geeft de meest interessante resultaten. Vrouwen blijken in het algemeen vaker last te hebben van ingroeiende teennagels dan mannen. Maar bij vrouwen komt het vaker voor bij degenen die niet sporten, terwijl dit bij mannen duidelijk vaker voorkomt bij degenen die wel sporten. Mogelijk kiezen vrouwen die minder sporten vaker voor puntige of te kleine schoenen, hetgeen het verschil bij de vrouwen kan verklaren.

A.M. Perez Pico et al. Am Podiatr Med Assoc 107(2): 137-143, 2017

Zelf aan de slag met het maken van een website

0

“Ik hoef geen website, ik zit toch al vol”, is een uitspraak die je met enige regelmaat onder pedicures hoort. Nú een volle praktijk hebben is fijn, maar het is geen garantie voor de toekomst. Potentiële klanten gaan meteen even googelen als ze op zoek zijn naar een dienst of product. Ben je niet op internet vindbaar dan is het een gemiste kans op het werven van klanten. En niet alleen klanten zoeken informatie over je op internet. Ook potentiële verwijzers googelen om een eerste indruk te krijgen. Heb je nog geen website? Podopost helpt je op weg.

Om een website op internet te maken heb je 3 dingen nodig:

1. Een domein naam

2. Een hostingbedrijf

3. Een Content Management Systeem om je website te bouwen en te onderhouden

Een domeinnaam registreren

Iedere computer die verbonden is met een netwerk of met het internet heeft een IP-adres, een unieke cijfercode, waaraan ander computers op internet de computer kunnen herkennen. Die cijfercode is niet altijd makkelijk te onthouden. Een domeinnaam (websiteadres) is meestal een makkelijk te onthouden naam waaraan ook een IP-adres (bestaande uit een cijferreeks) is gekoppeld, zonder dat je de lastige cijfercode hoeft te onthouden.

Een domeinnaam kun je alleen maar kiezen als nog niemand anders die domeinnaam heeft laten registreren. Dat kun je controleren via de site van Stichting Domein Registratie Nederland: https://www.sidn.nl/. Op deze site lees je alles over domeinnamen, het laten registreren van domeinnamen en ook hoe je je domeinnaam extra kunt beveiligen tegen internetcriminelen. Kosten voor het laten registreren van een domeinnaam variëren van  zo’n € 3,95 tot € 10 per jaar.

Een hostingbedrijf

Als je een website en een domeinnaam hebt, dan moet je website nog ergens ‘onderdak’ krijgen. Dat doe je bij een provider of hostingbedrijf. Daar huur je als het ware voor je website een plekje op hun server. Vaak kunnen zij ook de domeinnaam regelen.  Kosten voor het hosten van je website variëren gemiddeld van € 5 tot zo’n € 15 per maand  (met flinke uitschieters naar beneden van 0,50 cent per maand tot zo’n  € 200 per maand).

Content Management Systeem

En nu dan het maken van de website zelf. Daar heb je een Content Management Systeem  voor nodig, vaak afgekort tot CMS. Dit is een softwareprogramma waarmee je je website kunt bouwen, beheren en van inhoud kunt voorzien, zonder dat daar veel technische kennis voor nodig is. Je hoeft dan bijvoorbeeld geen ingewikkelde codes in te voeren om een afbeelding op een juiste plek te plaatsen.  De drie bekendste gratis CMS-systemen zijn WordPress (voor eenvoudige websites), Drupal (voor complexe websites) en Joomla (zit er tussenin).

Server in data center

WordPress

Als voorbeeld nemen we WordPress, omdat dit het meest gebruikte CMS is. Oorspronkelijk was WordPress bedoeld voor het maken van weblogs, maar mensen gebruiken het steeds vaker om hun website mee te maken.  De sterke kant is de eenvoud, waardoor je snel en makkelijk artikelen en berichten op je website kunt plaatsen. WordPress biedt een ruime keuze aan  zowel gratis als betaalde sjablonen, ook wel templates genoemd. Dit zijn basisontwerpen voor websites met een vooraf bepaalde layout. De basis kun je uitbreiden met behulp van  plugins, kleine stukjes software waarmee je een extra functionaliteit toevoegt. Bijvoorbeeld een kaart van Google maps waarop de locatie van je praktijk is aangegeven of een formulier plugin, waarmee je bijvoorbeeld een contactformulier kunt toevoegen.  Binnen een half huur kun je een website van WordPress hebben staan.  Je kunt WordPress downloaden via https://nl.wordpress.org. Dan kun je meteen aan de slag met het maken van je website.  Je moet dan wel zelf je domeinnaam en hosting regelen en bekostigen.

Wil je zelf minder hoeven te regelen dan zijn er speciaal voor pedicures twee andere opties: Praktijkinfo en PedicureWebsite.

Praktijkinfo

Praktijkinfo is het websitepakket van BSL ,de uitgever van onder meer Podopost.  Dit systeem, dat speciaal is opgezet voor praktijkhouders, heeft een speciale versie voor pedicures. Voordeel is dat er in verschillende modules al veel basisinformatie over het werk van de pedicure is te vinden, zodat je niet alle tekst zelf hoeft te bedenken. Zo staat er onder meer standaard informatie in over het werken volgens de Code, het werk van de pedicure, over voetproblemen, over behandelingen, over zorgverzekeringen en is er een prijslijstmodule. Deze informatie kun je naar eigen wens aanpassen. Daarnaast kun je aanvinken welke formulieren je wilt gebruiken (contactformulier, afsprakenformulier, klachtenformulier), of je een gastenboek wil, of je automatisch een kaartje van Googlemaps met jouw locatie op je website wil, of je een nieuwsmodule wilt, etc. Bovendien is er een gratis wachtkamermodule beschikbaar: een programma waarmee je op een tv-scherm in je wachtkamer informatie aan je klanten kunt geven. Voor je berichten van Facebook kan een koppeling naar je website worden gemaakt.

Voor Praktijkinfo wordt je domeinnaam geregeld. Een website van Praktijkinfo is veilig. Zo draaien alle Praktijkinfo sites op een beveiligde server-omgeving, is de serverprovider  –  waar je website wordt ondergebracht – gecertificeerd volgens de internationale normeringen, en  zijn alle pagina’s voorzien van een SSL-verbinding.

Abonnees van Podopost en leden van ProVoet krijgen 30% korting op de normale maandprijs en betalen daardoor € 10,85 per maand i.p.v. € 15,50.  Een demo-account aanmaken? Ga naar https://www.praktijkinfo.nl/ en je hebt in 10 minuten een account aangemaakt, waarmee je 30 dagen lang gratis alle mogelijkheden kunt uitproberen.  Heb je toch liever assistentie bij het opzetten van de website dan kun je  voor € 180 een 2  uur durende workshop aan huis aanvragen. Alle prijzen zijn exclusief btw.

PedicureWebsite

Brancheorganisatie ProVoet heeft ook een websitepakket speciaal voor pedicures: PedicureWebsite. Ook bij dit pakket is er al veel standaard informatie beschikbaar. Zo heeft ProVoet teksten en afbeeldingen beschikbaar gesteld en kun je kiezen uit 3 verschillende sjablonen. Daarnaast zijn er functies zoals een fotogalerij, een prijslijstmodule, een contactformulier en veel gestelde vragen en antwoorden.  PedicureWebsite kent een eenvoudige koppeling met je social media activiteiten, zoals Facebook en Twitter. Bij dit websitepakket krijg je een eigen internetadres en een e-mailadres naar keuze. De aanvraag voor de domeinnaam kan geregeld worden, maar als je al een domeinnaam hebt kun je die ook blijven gebruiken.

De kosten bedragen € 8,50 per maand en eenmalig € 47,50 voor administratie- en set-upkosten. Deze kosten zijn exclusief btw. PedicureWebsite is alleen voor leden van ProVoet en vervalt als het lidmaatschap van de brancheorganisatie wordt beëindigd.

Ben je geïnteresseerd in PedicureWebsite dan kun je je aanmelden via de website van Brancheorganisatie ProVoet: https://www.provoet.nl

Website laten maken. Trap niet in deze valkuilen

0

De wereld zit vol met opportunistische webdesigners, die lang niet altijd waar maken wat ze beloven. Soms bewust, omdat ze snel geld willen verdienen, maar ook omdat je misschien niet precies weet wat je wilt. Dat is funest voor een doelgerichte website.

Door op deze punten te letten, voorkom je een deceptie.

 
1. Stel een programma van eisen op en houd daar aan vast. Er kan veel, maar dat betekent niet dat je het allemaal nodig hebt.

2. Zoek een webdesigner waar je een goed gevoel bij hebt en vraag om referenties. Een handig neefje scheelt misschien in de kosten, maar als je na maanden ploeteren nog steeds geen site hebt, weegt dat niet op tegen de ergernissen.

3. Ga niet met de eerste de beste webdesigner in zee, maar vraag offertes op. De prijzen lopen sterk uiteen.

4. Vraag vooraf om schermafbeeldingen van de toekomstige website: zo gaat hij eruit zien. Als het resultaat tegenvalt, kun je daarop terugvallen.

5. Test de websitesoftware uit voor je een webdesigner akkoord geeft. Je moet er mogelijk jaren mee werken.

6. Gebruik nooit ‘gevonden’ afbeeldingen van internet. Illegaal gebruik kan tot grote boetes leiden.

7. Vraag of de website zoekmachinevriendelijk is en waaruit dat blijkt.

8. Investeer in betrouwbare en snelle hosting. Zeker nu steeds meer bezoekers op hun telefoon internetten is dit belangrijk.

9. Online-marketing kost tijd. Plan dit in of besteed het uit, en doe vooral geen dingen die je niet leuk vindt. Uiteindelijk houd je dat niet vol.

Auteur: Rutger Steenbergen, blogger en SEO-expert
Zie ook zijn artikel in Podopost nr. 1, 2018 over de voorwaarden voor een goede website.

Is jouw website klaar voor de Algemene Verordening gegevensbescherming?

0

Vanaf 25 mei 2018 zal de Autoriteit Persoonsgegevens  de Algemene Verordening Gegevensbescherming gaan handhaven. Wanneer je als bedrijf of organisatie persoonsgegevens van klanten en of van personeel verzamelt, moet je vanaf dan kunnen aantonen dat je daarvoor alle passende veiligheidsmaatregelen hebt genomen tegen privacyschending. Een beveiligde website hoort daar ook bij.

Misschien is het je opgevallen dat bij steeds meer websites  het ‘http’ voor de domeinnaam in de adresbalk is vervangen door  ‘https’ (zie afbeelding 1). Http is een al ouder protocol dat de communicatie tussen een webbrowser en een website regelt. Die communicatie is niet beveiligd en derden kunnen deze communicatie onderscheppen of aanpassen.

Beveiligde site

Veiliger is het als aan het http protocol een versleutelingsmethode (SSL/TLS) wordt toegevoegd.  Deze versleutelingsmethode zorgt er dan voor dat alle communicatie die via de website verloopt eerst omgezet wordt in een geheime code, voordat de communicatie wordt verstuurd. Dat maakt onderscheppen en/of aanpassen van de informatie door kwaadwillenden veel moeilijker. In plaats van http staat er dan https voor de domeinnaam (de ‘s’ staat voor secured, ofwel beveiligd).

Afbeelding 1.Voorbeeld van een website die beveiligd is via het https protocol
Afbeelding 1.Voorbeeld van een website die beveiligd is via het https protocol

SSL-certificaat

Daarvoor moet er voor de website een geldig SSL-certificaat zijn afgegeven. Het certificaat bewijst de identiteit van de website aan browsers, zoals Google Chrome , Mozilla Firefox of Internet Explorer. Dat betekent dan dat bezoekers ervan op aan kunnen dat de website is van het adres dat in de adresbalk wordt weergegeven. Dat is niet altijd het geval. Denk bijvoorbeeld aan hackers die in het najaar van 2017 de officiële site van internetbank knab namaakten  en daar nietsvermoedende klanten naar toe wisten te lokken. De criminelen konden daardoor talloze inloggegevens van bezoekers  achterhalen om vervolgens hun rekeningen te plunderen.

SSL of de nieuwere versie TLS is in verschillende soorten verkrijgbaar afhankelijk van welk soort website je hebt.

Website identiteitsknop (slotje)

Webbrowser Google Chrome en Mozilla Firefox tonen bij websites met een https-protocol aan het begin van de adresbalk een  zogenaamde website identiteitsknop in de vorm van een hangslotje (zie afbeelding 2). Als je daar met je muis op klikt kun je zien of  de site versleuteld is, of er een geldig SSL-certificaat  is en bijvoorbeeld ook hoeveel cookies de site op je laptop of telefoon achterlaat.

Afbeelding 2. Als je met je linker muis op het slotje klikt dan krijg je gegevens over de beveiliging van de site en de geldigheid van het certificaat
Afbeelding 2. Als je met je linker muis op het slotje klikt dan krijg je gegevens over de beveiliging van de site en de geldigheid van het certificaat

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Als het slotje groen is, betekent dat dat alle communicatie via de site versleuteld is. Het slotje kan er ook anders uitzien, bijvoorbeeld een grijs hangslot met een gele waarschuwingsdriehoek, als de site slechts gedeeltelijk versleuteld is of geen betrouwbaar certificaat heeft. Een grijs hangslot met een rode streep erdoor betekent ook dat de site maar gedeeltelijk versleuteld. In beide laatste gevallen is het af te raden om  vertrouwelijke  gegevens  via de site te versturen.

Praktijkwebsite

En nu naar jouw eigen website van je pedicurebedrijf. Is jouw site beveiligd?  Als er op de een of andere manier via jouw site persoonsgegevens lekken ( zie ook het artikel over de AVG in Podopost nr. 1, 2018) dan kan de Autoriteit Persoonsgegevens  je ter verantwoording roepen en zelfs een boete opleggen, als je niet kunt aantonen dat je er alles aan gedaan hebt om persoonsgegevens te beschermen. Zeker als je een contactformulier op je website hebt staan, of als je een webshop op je site hebt, dan is een beveiligde site onmisbaar. Alleen een formulier beveiligen heeft geen zin, de hele website moet beveiligd zijn.

Ranking

Maar niet alleen voor pedicures die een contactformulier of en webshop hebben is een beveiligde site een must. De verwachting is dat Google in de nabije toekomst sites die niet beveiligd zijn, niet meer in de zoekresultaten toont of in elk geval pas onderaan in de zoekresultaten plaatst.  Dat betekent dat potentiële klanten je website steeds lastiger via internet kunnen vinden. Daarnaast zie je nu al dat steeds meer mensen sites die niet beveiligd zijn, gaan mijden uit vrees dat hun gegevens worden onderschept. Een niet beveiligde site kan dus ook imagoschade opleveren.

Regelen

Indien je nog geen beveiligde website hebt, informeer dan bij het bedrijf waar jouw website is gehost welk soort SSL of TSL-certificaat je nodig hebt voor jouw type website (bijvoorbeeld met of zonder webshop) en hoe je een vertrouwd certificaat kunt bemachtigen. Meestal kunnen zij dat voor je regelen. De kosten bedragen, afhankelijk van het soort certificaat enkele euro’s tot meer dan honderd euro per jaar.

Abonneren