Home Blog Pagina 57

Aandacht voor het nieuwe BKD Voetzorg

0

Vakkennis en vaardigheden zijn uitgebreid. Klinisch redeneren is duidelijk als nieuwe vaardigheid toegevoegd. De typerende beroepshouding van de (medisch) pedicure is omvangrijker geworden. Zo is er bijvoorbeeld meer aandacht voor het omgaan met diversiteit onder cliënten en het goed kunnen inspelen op de specifieke behoefte van de individuele cliënt. Daarop aansluitend is er ook meer aandacht voor een duidelijke profilering van de (medisch) pedicure naar specifieke doelgroepen in de markt.

Proactieve houding

In het oude BKD was er al aandacht voor de samenwerking met andere disciplines. In het nieuwe BKD wordt van de pedicure duidelijk een proactieve houding in die samenwerking verwacht.

Invloed nieuwe wetgeving

Het bijhouden van ontwikkelingen op het gebied van wetgeving, marktontwikkelingen, (nieuwe) technieken, producten en innovaties wordt nadrukkelijker benoemd. Voor de wet- en regelgeving is er een aparte rubriek ingevoerd met een overzicht welke wet- en regelgeving voor de (medisch) pedicure van belang is.

Ondernemerschap

De vakkennis en vaardigheden ter voorbereiding op het zelfstandig ondernemerschap zijn in het nieuwe BKD verder uitgesplitst en uitgebreid.  Voor de medisch pedicure geldt dat ze in staat moet zijn om een realistisch personeelsbeleid te formuleren.

Medisch pedicure-behandeling

Ook de vakkennis en vaardigheden voor het uitvoeren van een medisch pedicure-behandeling zijn verder uitgesplitst en uitgebreid.

Dit zijn slechts enkele punten uit het nieuwe BKD. Wil je alles van het BKD weten? Kijk dan op de site van brancheorganisatie ProVoet.

Ingrid Harenberg (ProVoet): ‘BKD Oncologie is dossier om trots op te zijn’

Tekst: Maureen Limpens, hoofdredacteur

Wie het nieuw ontwikkelde Branchekwalificatiedossier (BKD) Oncologie leest, ziet meteen dat er behoorlijk wat van je gevraagd wordt als je je verder wil specialiseren tot Medisch Pedicure Oncologie. Om enkele voorbeelden te noemen, de Medisch Pedicure Oncologie heeft:

  • specifieke kennis van anatomie, fysiologie, orthopedie en biomechanica van voeten en onderbenen (en handen) en pathologie, gerelateerd aan kanker en/of een systemisch oncologische behandeling,
  • kennis van sociologie, psychologie, ethiek en natuurkundige kennis. Dit laatste omdat de pedicure ook kennis moet hebben over de behandelingen en verschillende apparatuur die in het ziekenhuis tijdens de behandeling van de oncologische patiënt gebruikt wordt.
  • zorgt ervoor dat zij op de hoogte blijft van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen op het gebied van oncologische behandelmethoden, medicatie en bijwerkingen, voor zover die van invloed zijn op huid- en nagelproblematiek en dus relevant voor haar functioneren als Medisch Pedicure Oncologie. Dat doet ze onder meer door het lezen van Nederlandstalige en Engelstalige vakliteratuur.
Wat is het BKD Oncologie?
Het BKD Medisch Pedicure Oncologie beschrijft de belangrijkste kenmerken en criteria voor de opleiding tot de specialisatie Medisch Pedicure Oncologie en de examinering daarvan. Het is vastgesteld door het bestuur van Stichting Bravo, de stichting die de examinering van de branchediploma’s en -certificaten borgt. Dit BKD Oncologie is gebaseerd op het Competentieprofiel Medisch Pedicure Oncologie zoals opgesteld en vastgelegd door ProVoet. Het vormt de basis voor het branchecertificaat Medisch Pedicure Oncologie zoals dat door Stichting Bravo wordt vastgesteld.


Terecht zwaarder dossier

Ingrid Harenberg, beleidsmedewerker bij ProVoet, betrokken geweest bij de werkgroep, erkent dat het een zwaar dossier is geworden. ‘Dat hangt mede samen met het ziektebeeld’, licht ze toe. ‘Je moet inzicht hebben in alle facetten van oncologische zorg en die kunnen vertalen naar je eigen praktijk. Er kunnen situaties ontstaan waarmee je bijvoorbeeld niet van doen hebt als je iemand in je stoel hebt met een diabetische voet. Want wat doet bijvoorbeeld een chemobrein met je? Dat heeft niet zo zeer met de voetbehandeling te maken, maar veel meer met wat je dan als pedicure doet.’ De nadruk in dit BKD ligt dan ook veel minder op de voetbehandeling. In het dossier is onder meer het volgende te lezen: ‘De communicatie met oncologische patiënten vormt een substantieel onderdeel van de opleiding. Daarbij ligt het accent op inzicht creëren in de emotionele gesteldheid, geheugenproblemen en andere mentale gevolgen die kanker en de behandeling van kanker kunnen hebben voor de patiënt, en adviezen over hoe daar in de communicatie mee om te gaan.’ En: ‘Er moet uitgebreid aandacht besteed worden aan de kennis en vaardigheden die nodig zijn om met nieuwe samenwerkingspartners en verwijzers (medisch oncologen, huisartsen, oncologieverpleegkundigen, oncologiefysiotherapeuten, huid-/oedeemtherapeuten, thuiszorgorganisaties en complementair werkende therapeuten) in contact te treden, samen te werken en te communiceren.’

Harenberg: ‘Je wilt niet dat pedicures zomaar oncologische patiënten gaan behandelen (zie ook de alinea onder het kopje Hogere inschaling, red.). Dus het is terecht dat dit een zwaar BKD is. Als iemand deze opleiding succesvol heeft afgerond wil je ook dat die een positie heeft in het zorgveld rondom de oncologische patiënt en serieus genomen wordt door de andere behandelaren. Een goed gevoel hebben voor verhoudingen, dus hoe communiceer je met andere zorgverleners, is daarom een wezenlijke vaardigheid. En je moet je bewust zijn van welke rol je voor de cliënt kunt spelen.’

Hogere inschaling

Vanwege de zwaarte van de specialisatie bekijkt ProVoet of het mogelijk is deze specialisatie in het NLQF te laten inschalen op niveau 5. Dus 1 niveau hoger dan de opleiding Medisch Pedicure. ‘Om in te kunnen stromen naar een opleiding tot Medisch Pedicure Oncologie moet je Medisch Pedicure zijn en drie jaar ervaring hebben in de oncologische voetzorg’, aldus de ProVoet-beleidsmedewerker.

Niet voor iedereen

Harenberg benadrukt dat het niet een opleiding is die voor iedereen geschikt is. ‘Voordat mensen met de opleiding starten moeten ze heel goed nadenken of dit bij hen past en of ze zich dit in de praktijk zien doen. Want dit vraagt kennis en met name vaardigheden die misschien niet iedereen direct heeft. Bovendien volgen de ontwikkelingen in de oncologische zorg elkaar snel op. Sneller dan op andere gebieden waar medisch pedicures bij betrokken zijn. Dat vergt heel wat inspanning om je kennis actueel houden.’

Aanpassing BKD Voetzorg Pedicure en Medisch Pedicure

Inzichten die werden opgedaan tijdens het ontwikkeltraject van het nieuwe BKD hebben overigens consequenties gehad voor het BKD Voetzorg Pedicure en Medisch Pedicure. Harenberg: ‘Gedurende het ontwikkelproces hebben we zaken teruggelegd bij de werkgroep die bezig is geweest met de actualisatie van het BKD Voetzorg Pedicure en Medisch Pedicure. Voor vaardigheden als klinisch redeneren moet de basis namelijk al gelegd zijn tijdens de opleiding tot Medisch Pedicure. Anders ontbreekt een goede aansluiting. Dat is nu geregeld.’

‘Als Medisch Pedicure kan ik toch ook gewoon de voetzorg van oncologische patiënten doen?’
De Medisch Pedicure is uitsluitend geschoold om oncologische patiënten te behandelen die niet (meer) in een actieve behandelfase zijn. De Medisch Pedicure Oncologie daarentegen heeft vakkennis en vaardigheden om ook, uitsluitend op verwijzing van een medisch-specialist of in een verlengde-arm-constructie, oncologische patiënten te behandelen die in de actieve behandelfase zijn.


Start opleidingen?

Wanneer de eerste opleidingen op basis van het nieuwe BKD Oncologie van start gaan is nog niet bekend. Harenberg: ‘Omdat ook het BKD Voetzorg is vernieuwd, ligt er nu best veel op het bordje van de opleidingen. Gelukkig zijn er wel diverse opleiders die interesse hebben getoond om de nieuwe opleiding op te zetten. Dat kunnen ze echter niet doen met uitsluitend de huidige docentbezetting. Dat is nog wel een uitdaging voor hen,  omdat er specifieke onderdelen in de opleiding zitten die niet in de opleiding tot Medisch Pedicure zitten. Daar zullen ze nieuwe experts voor moeten vinden. Daarnaast willen we een kwaliteitstoets voor de opleidingen. De opleidingen worden geaccrediteerd door ProCert, zodat er nog een keer inhoudelijk naar de aangeboden opleidingen gekeken kan worden.’

Trots

‘Met dit BKD ligt er een dossier waar we trots op mogen zijn. Voor de opleidingsinstituten ligt er een goede basis voor het opzetten van een opleiding tot Medisch Pedicure Oncologie. En als die opleidingen zijn ontwikkeld, ligt er iets heel moois voor de medisch pedicures die zich verder in het zorgveld willen profileren. Het kan de branche verder helpen om een goede positie in de zorg te bewerkstelligen’, aldus Harenberg.

Voetenwerk, juni 2021

In het Voetenwerk van juni gaat ProVoet-voorzitter Ron Verschuren in op het belang van samenwerking en het opbouwen van een netwerk. Om onderstaande pdf te kunnen bekijken, moet je ingelogd zijn met een Podopost abonnement.

Pdf Podopost nr. 5, juni 2021

Podopost nr. 5 juni 2021 is beschikbaar als doorbladerbare pdf.

 

Aanvulling casus Podopost nr. 5, 2021: De aanpak van de clavi

Saskia Daalmans heeft een pijnlijke neuroclavus onder caput metatarsale 3 rechts en een interdigitale clavus durus op digitus 5 links. Medisch pedicure Arlette de Jongh pakt beide clavi op dezelfde wijze aan.

Angst

Arlette maakt de neuroclavus iets week met een eeltweker. ‘Normaliter zou ik deze clavi eerst snijden en daarna frezen’, vertelt ze. ‘Maar Saskia vindt het snijden met het mes enorm eng. Ze heeft de neiging om haar voet steeds terug te trekken. Daarom frees ik het harde deel van de clavi rondom los en aansluitend weg met een speedfrees. Dit is te zien op foto 1 en 2. Deze frees, voorzien van snijvlakken, doet zelf het werk, ik zet er geen druk op. Ik werk er secuurder mee dan met het mes en het kost zeker geen extra tijd. Ik voel met de frees welke delen van de locatie nog hard zijn en hoeveel ik nog weg kan halen. Deze methode werkt goed bij Saskia.’

Vervolgens snijdt Arlette de eeltranden rondom de clavi met mes 15 weg (zie foto 3 en 4). ‘Ik vind dat snijden nog steeds heel eng’, zegt Saskia. ‘Maar ik heb inmiddels ook voldoende vertrouwen in Arlette opgebouwd. Zij mag meer van me dan vroeger. En ze stopt direct als ik daarom vraag.’

Doordat de cliënt bang is voor het snijden met het mes, gebruikt Arltette de speedfrees voor het harte deel rondom de clavus.
Foto 1: Doordat de cliënt bang is voor het snijden met het mes, gebruikt Arltette de speedfrees voor het harte deel rondom de clavus.

Ook bij deze clavus gebruikt Arlette de speedfrees i.p.v. het mesje.
Foto 2: Ook bij deze clavus gebruikt Arlette de speedfrees i.p.v. het mesje.

De eeltranden rond de clavus worden weggehaald met mesje 15.
Foto 3: De eeltranden rond de clavus worden weggehaald met mesje 15.

Ook hier worden de eeltranden rondom de clavus weggesneden met mesje 15
Ook hier worden de eeltranden rondom de clavus weggesneden met mesje 15

Trucje

Tijdens het snijden voelt Arlette met haar fixatiehand aan de toenemende spanning in Saskia’s voet dat haar nervositeit toeneemt. ‘Nu ben ik nog meer bedacht op onverwachte bewegingen. Door iets tegendruk te geven met mijn duim van mijn fixatiehand, signaleert de zenuw een andere prikkel. De zenuw richt zich daar meer op en moet als het ware de aandacht verdelen. Daardoor ervaart Saskia minder pijn.’

Arlette wisselt het frezen en snijden (zoals hierboven beschreven) af tot de clavus verwijderd is. Tot slot brengt ze drukverdelend dun vilt in een u-vorm rond de plantaire locatie aan. Dit fixeert ze met hypoallergene hechtpleisters.

Gemanipuleerde kraakbeencel produceert artrose-medicijn

0

Het nieuw ontworpen kraakbeenweefsel kan interleukine-1-receptorantagonist vrijmaken die de ontsteking in gewrichten vermindert. Dit eiwit is ook de basis van een medicijn dat commercieel wordt verkocht onder de naam Anakinra.

De effectiviteit van dit medicijn blijft doorgaans laag omdat het slechts één keer in een gewricht wordt geïnjecteerd. De onderzoekers van de Washington University denken dat een continue afgifte van het medicijn in het gewricht gedurende meerdere jaren, betere resultaten zal geven. Vooral wanneer de gewrichten mechanische stress ondergaan, dus bij het buigen van knieën of zwaar tillen.

De bevindingen van het Amerikaanse onderzoek zijn gepubliceerd in Science Advances. Het artikel beschrijft het opzetten van nieuwe medicijnafgiftesystemen met behulp van mechano-genetica.

Bron: medgadget.com, Washington University School of Medicine

Live-voetenquiz trok 400 deelnemers

0

Het gratis live-event was bedoeld voor mensen met diabetes. RondOm wilde deze doelgroep interactief ondersteunen door met een quiz hun kennis over voetproblematiek bij te spijkeren. Ondanks het ontzettend warme weer en de lockdown waren er uiteindelijk ruim 400 deelnemers digitaal present.

Diabetes-podotherapeut Laura Zantboer en andere experts – waaronder een vaatchirurg, revalidatiearts en internist – bespraken de quizvragen en antwoorden met de kijkers. Ook de Diabetes Vereniging Nederland en Bas van de Goor Foundation gaven deze avond acte de presence. ‘We kregen veel leuke reacties en hebben – hopelijk – voetproblemen kunnen voorkomen door onze ervaringen en kennis te delen’, aldus Tessa van Gerwen van RondOm.

Hormoonverstorende stoffen vergroten risico op obesitas

0

Obesitas en diabetes type 2 komen steeds vaker voor. Een toename die vooral wordt toegeschreven aan voeding en beweging. Echter, in de decennia waarin deze chronische ziekten toenamen, is de mensheid ook voor het eerst blootgesteld aan ‘endocrine disrupting chemicals’ (EDC’s) oftewel hormoonverstorende chemicaliën. EDC’s zoals parabenen, bisfenolen en ftalaten worden relatief snel uitgescheiden uit het lichaam, maar zijn wel verwerkt in talloze producten die we dagelijks gebruiken. Van der Meer wilde voor zijn proefschrift uitzoeken of EDC’s invloed hebben op de ontwikkeling van obesitas en diabetes type 2. Daarnaast bekeek hij een bredere groep risicofactoren voor het ontwikkelen van diabetes type 2.

Diabetes type 2

Het proefschrift Risk variables for the development of obesity and type 2 diabetes toont aan dat de Nederlandse bevolking flink is blootgesteld aan parabenen, bisfenolen en ftalaten. Wel is dit over het algemeen afgenomen in de afgelopen jaren. Feit is dat een aantal van deze EDC’s wel in het menselijk brein zijn aangetroffen. Verschillende studies brengen de blootstelling aan hoge concentraties EDC’s in verband met obesitas, maar niet met diabetes type 2. Voor het juist voorspellen van risicofactoren voor diabetes type 2 lijken verdere metingen noodzakelijk.

Bron: Rijksuniversiteit Groningen

Afname concentrische spierkracht belemmert ouderen

0

Voor het onderzoek naar afnemende spierkracht bij ouderen, liepen tientallen gezonde jongvolwassenen en ouderen op vlakke en hellende oppervlakten. Daarbij werd hun beenspierkracht gemeten en vervolgens geanalyseerd. De vraag was hoe beenspierkracht, loopsnelheid en onderliggende beenspierfunctie in relatie staan tot elkaar.

Waanders ontdekte dat er bij de concentrische spierfunctie – van de verkorte spieren – grotere verschillen te zien zijn in het looppatroon tussen jong en oud. Mogelijk komt dit doordat excentrische spierkracht op latere leeftijd relatief goed behouden blijft. Daarom concludeert Waanders dat excentrische spierkracht een functioneel relevante factor is.

Bron: Rijksuniversiteit Groningen

Abonneren