La-Urshalar Brock doet haar verhaal in het vakblad Oncology Nursing News. Ze gaat in het bijzonder in op het hand-voetsyndroom bij borstkanker. Het syndroom toont zich door een rode huid op handen en voeten, door jeuk, pijn, zwelling, schilferende of vervellende huid, blaasjes of blaren en infectie van de huid en/of nagels. Brock ziet het syndroom vooral voorkomen bij het gebruik van het medicijn capecitabine, maar ook bij andere medicijnen. Goede samenwerking in het behandelende ziekenhuis staat wat haar betreft voorop. Ze raadt haar patiënten aan om minstens twee of drie keer per dag een dikke crème op ureumbasis te gebruiken.

‘Haar handen vervelden enorm’

Brock: “Ik had onlangs een patiënt die capecitabine gebruikte. Haar handen waren heel stijf en ze vervelden enorm. Ze voelde zich ellendig. Haar handen deden pijn. In zo’n geval moeten we de medicatie staken tot de patiënt weer zo veel mogelijk is hersteld. Bij deze patiënt ging het na twee weken weer goed met haar en konden we opnieuw beginnen met een verlaagd dosis.”

‘Bel als je last hebt’

Brock kijkt altijd in hoeverre het hand-voetsyndroom het leven van de patiënt beïnvloedt. Een lagere dosering van het medicijn is meestal onderdeel van de aanpak. Ze raadt patiënten aan om zo snel mogelijk contact op te nemen, voordat het niet meer dragelijk is. “Bel als je er last van hebt en er dingen zijn die je niet meer kunt doen.” Tegen patiënten die twijfelen over een lagere dosering, zegt ze: “We zouden de dosis nooit verlagen tot een niveau dat niet meer effectief zou zijn.”