Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Klare taal (4): In de tang

Kees Bals
Soms hoor of lees je iets waarvan je denkt: wat wil je me nou zeggen? Zonder dat je het doorhebt, kan het gebeuren dat een cliënt dat ook van jouw woorden denkt. Deze keer: een hobbel in de zin.

De Servische tennisser Novak Djokovic won woensdag 4 juli zijn partij tegen de Duitser Alexander Zverev op het toernooi Roland Garos. De NOS deed daar verslag van op nos.nl. Daaruit de volgende zinnen:

Djokovic had zich ongetwijfeld een andere start van de partij voorgesteld dan het gameverlies waarmee hij, vooral door een nog niet op toeren draaiende service, Zverev meteen een duwtje in rug gaf.

In de tweede set hielpen een paar Duitse slordigheden Djokovic, die in de vorige ronde tegen Cameron Norrie zijn honderdste partij op een grandslamtoernooi won, aan zijn eerste break van de wedstrijd (3-1).

De Serviër, die herhaaldelijk succes had met een dropshot met zijn backhand, sloeg ook in set drie als eerste toe op de opslag van de ander.

Het werd er niet makkelijker op voor de tobbende Zverev, die in de vorige ronde een makkie had door de opgave van Tallon Griekspoor, toen hij met zijn eerste dubbele fout Djokovic meteen in de eerste game van de vierde set een breekkans gaf.

Best lastig?

Hoe beviel het om deze zinnen te lezen? Het is geen schande om toe te geven dat dit soms best lastig was. Alle vier de zinnen bevatten een ‘tangconstructie’, zoals de deskundigen dat noemen. En die staan erom bekend dat die het lezen moeilijker maken. Bij een tangconstructie staat een bijzin midden in de hoofdzin. De bijzin staat als het ware in de ‘tang’ van de hoofdzin.

Over de hindernis springen

Laten we de tweede zin als voorbeeld nemen. Daarin is de hoofdzin: “In de tweede set hielpen een paar Duitse slordigheden Djokovic aan zijn eerste break van de wedstrijd (3-1).” De bijzin is: “die in de vorige ronde tegen Cameron Norrie zijn honderdste partij op een grandslamtoernooi won”. ‘Tangconstructie’ is eigenlijk niet zo’n handig woord. De tang is namelijk niet het probleem. Het is die bijzin die het lastig maakt. Die vormt een hobbel, hindernis of hekje waar je overheen moet springen om de hoofdzin te kunnen begrijpen. Midden in de zin moet je onthouden wat je hebt gelezen. Vervolgens richt je je aandacht op de betekenis van de bijzin. En daarna moet je weer in je herinnering oproepen wat er in het eerste deel van de hoofdzin stond. Uiteindelijk plak je in je hoofd die twee delen van de hoofdzin aan elkaar.

Ruim hobbels op

Een bijzin gebruik je gewoonlijk om iets uit de hoofdzin te verduidelijken. Of om nog iets belangrijks aan die hoofdzin toe te voegen. Maar in dit geval is de vraag: waarom die bijzin? Waarom moeten wij iets weten over die honderdste gewonnen partij van Djokovic? Wat heeft dat te maken met dat hij in deze wedstrijd zijn eerste break pas in de tweede set heeft? Dat maakt het nog lastiger om deze zin te begrijpen. We hebben dat allemaal wel eens dat we zo enthousiast zijn dat we te veel dingen tegelijkertijd willen vertellen. Maar als je schrijft, neem dan de tijd om er nog eens rustig naar te kijken. En haal dan de hobbels uit je zinnen. Geen hekconstructies!